Nu een gedicht

van Karel Numan

Welkom > Het begin van wonen > Dit is de kamer > Vanuit de nacht beroert de zon de vloer.
 

Vanuit de nacht beroert de zon de vloer.

 

Vanuit de nacht beroert de zon de vloer.
Het is nog ochtend en dan wekt het licht
verwachtingen en tekent een gezicht.
Schaduw ligt in hoeken op de loer.

Onmerkbaar maar gestaag beweegt het roer
en raakt de lichte rechthoek uit het zicht.
Nog niet, nog niet ontvang je het bericht,
nog spint je schikgodin en groeit het snoer.

Eens op een nacht zal in een droom gebeuren
wat ongrijpbaar is en onafwendbaar:
het licht is helder, en het leven vuur,

het lichaam is de mens een god, onschendbaar,
daad en gedachte kennen tijd noch duur -
niets rest meer dan om nergens om te treuren.