Nu een gedicht

van Karel Numan

Welkom > Het begin van wonen > Dit is de kamer > Langzaam reist de kamer door de ruimte,
 

Langzaam reist de kamer door de ruimte,

 

Langzaam reist de kamer door de ruimte,
door nacht en zonlicht, en het huis is stil.
Vanwaar, op weg waarheen, om welk geheim te
zoeken tussen haag en heg, mijn ziel,

die woont in dit kasteel en heeft verzuimd te
onthouden waar het is en wat men wil,
dwaal je dansend door de hof, te ruim, te
groots een droom, te werkelijk een gril?

Langzaam rijst de kamer om ons heen,
terwijl we wakker worden en de goden
weer hun plaats innemen in de geest.

Wij waren nimmer waar we zijn geweest,
wij zijn de levenden - en slechts de doden
weten meer, maar zij zijn stof en steen.