Als eenmaal
in de zoveel jaar
de hemel helder is
is er geen strijd
is er geen vrede
want de put is diep
slapen en waken
gaan over
in zien
de wegen vallen samen
in een punt
het lichaam
het ademt stil
als water
in het eerste licht
de dood
krijgt de gedaante
van een kind
dat speelt
en in het spel verdiept
herinneringen heeft
aan zijn donkere dans
aan branding
en aan wind